We kunnen niet zonder de bouw

De bouwsector is één van de motoren van onze economie. We kunnen niet zonder de bouw. Het levert zo’n half miljoen banen op, zorgt dat Nederland in ontwikkeling blijft en trekt nieuw kapitaal aan dat graag wil investeren. De bouw is bovendien ook een goede indicator om in de gaten te houden, want als het goed gaat met de economie en de vooruitzichten, dan gaat het in de bouw ook goed en precies andersom geldt hetzelfde. Maar wat komt er allemaal kijken bij de bouw?

Omdat het een nogal breed begrip is, richt dit artikel zich op de woningbouw. Het begint allemaal bij de bouwkunde, de wetenschap achter de bouw. Een architect en eventueel een opdrachtgever beginnen met de tekeningen, die vervolgens verder worden uitgewerkt door de ontwikkelaar. Zodra de plannen rond zijn kan begonnen worden met de bouw, welke meestal door de aannemer wordt uitgevoerd.

De bouwvakkers en betonstaalverwerkers beginnen met de aanleg van de fundering en de muren zelf, waarna de specialisten de woning af maken. Zo zorgt de metselaar voor muren, de loodgieter voor de aanleg van riolering, afvoersystemen en de CV ketel, de elektricien voor de aanleg van het elektriciteitsnetwerk en de timmerman voor de aanleg van al het eventueel aanwezige houtwerk. Natuurlijk is een woning niet af zonder dak, dus een dakdekker (een rietdekkersbedrijf met een rietdekker, of een pannenzetter en diens medewerkers) regelen het letterlijke topje van de woning.

Dit is slechts een greep uit de diversiteit aan beroepen in de bouw. Hoe belangrijk de bouw is, naast werkgelegenheid, valt ook op te maken uit cijfers. Zo zijn er zo’n 140.000 bedrijven in Nederland die zich bezighouden met de bouw, is de sector goed voor een netto omzet van meer dan 45 miljard euro per jaar en levert het hiermee zo’n zes procent van het Nederlandse bruto binnenlands product.